
Waarom een biertje in het café meer kost dan in de supermarkt
Het lijkt misschien vanzelfsprekend, maar heb je je ooit afgevraagd waarom een biertje in het café zoveel duurder is dan in de supermarkt? Of waarom een fles wijn in Frankrijk goedkoper lijkt dan bij ons? Dit alles heeft te maken met belastingen. Hier duiken we in hoe belasting, vooral btw en accijnzen, de prijs van jouw alcoholische drankjes beïnvloedt.
Hoe belasting de prijs van jouw biertje beïnvloedt
In Nederland hebben we te maken met verschillende soorten belastingen op alcoholische dranken. De twee grote boosdoeners zijn btw en accijnzen. Btw staat voor Belasting over de Toegevoegde Waarde en is een soort van verbruiksbelasting die op bijna alle producten en diensten wordt geheven. Voor alcoholische dranken zoals bier en wijn geldt meestal het btw percentage alcohol van 21%. Dat betekent dat als je een biertje koopt voor €3, er ongeveer €0,52 naar de belastingdienst gaat.
Maar het verhaal stopt hier niet. Accijnzen zijn een andere vorm van belasting die specifiek gericht is op bepaalde producten zoals tabak, brandstof en ja, alcohol. Deze belasting is vaak bedoeld om het gebruik van deze producten te ontmoedigen vanwege hun schadelijke effecten op de gezondheid of het milieu. Voor bier betaal je in Nederland accijns per hectoliter, afhankelijk van het alcoholpercentage. Dus hoe sterker je bier, hoe meer accijns je betaalt.
Wat betekent dit voor jouw portemonnee?
Als consument merk je dus direct de effecten van deze belastingen in je portemonnee. Die lekkere speciaalbieren met een hoger alcoholpercentage zijn vaak ook duurder, deels door de hogere accijnzen die erop zitten. En dan hebben we het nog niet eens over de btw gehad! Stel je voor dat je een kratje bier koopt voor €20. Van dat bedrag gaat een flink deel naar de belastingdienst: eerst heb je de accijnzen die al in de prijs verwerkt zitten, en daarbovenop komt nog eens 21% btw.
Dit betekent dat je als consument uiteindelijk meer betaalt dan alleen de productiekosten van het bier zelf. En als je denkt dat dit oneerlijk is, bedenk dan dat deze belastingen ook worden gebruikt om bijvoorbeeld gezondheidszorg en infrastructuur te bekostigen. Dus ja, je draagt indirect bij aan maatschappelijke voorzieningen elke keer als je een biertje opent.
Gevolgen voor de horeca: stijgende kosten, dalende winsten?
Nu hoor je vaak dat horecaondernemers klagen over hoge belastingen. En daar hebben ze wel een punt. De btw op eten en drinken in restaurants is dezelfde als die in de supermarkten, maar omdat horecaondernemers ook nog andere kosten hebben zoals personeel en huur, zien hun winstmarges er vaak anders uit. Hoge btw-tarieven kunnen dus behoorlijk drukken op hun winst.
Bovendien moeten zij ook omgaan met accijnzen op alcoholische dranken. Dit betekent dat elk wijntje of biertje dat ze verkopen al belast is voordat het überhaupt bij hen in de koeling staat. En ja, die kosten moeten ergens gecompenseerd worden, meestal door hogere prijzen voor klanten. Dus als jij denkt dat een drankje in het café prijzig is, bedenk dan ook even wat er allemaal achter schuilt.
De sociale kant: prijsverhoging als middel tegen overmatig drinken
Naast de economische impact hebben belastingen op alcohol ook een sociale kant. Eén van de redenen waarom landen zoals Nederland hoge belastingen heffen op alcoholische dranken is om overmatig drinken te ontmoedigen. Hoe duurder het is om te drinken, hoe minder snel mensen geneigd zijn om dat te doen – althans, dat is het idee.
Er zijn tal van studies die laten zien dat prijsverhogingen inderdaad kunnen leiden tot minder consumptie van alcohol. En hoewel dit misschien frustrerend kan zijn voor jou als consument, kan het ook helpen om problemen zoals alcoholisme en gezondheidsproblemen te verminderen. Het is dus een delicate balans tussen economische belangen en volksgezondheid.
